Opdrachtgever
BINX Smartility
Architect: Studio PROTOTYPE B.V.
Datum
December 2021 – nu
Het terrein kent een echt Hollandse geschiedenis. Het Oer-IJ heeft met zijn eb en vloed, storm en golven dit landschap vorm gegeven. Na de aanleg van Afsluitdijk is het Noorzeekanaal aangelegd in het oude Oer-IJ en is de polder met mensenhanden gemaakt. Aan de noordzijde, over de dijk ligt het oude veenweide gebied van de Zaanstreek. Hier, op de locatie aan de Smeet, staan we onder zeeniveau op de ingepolderde grond van het Oer-IJ. Langs de randen van de buffervijver staan riet en oeverplanten op de oude veenresten. De Westzaner Polder transformeert naar Bedrijventerrein HoogTij. De langgerekte kavel naast het JC Zaanstad is de verbinding tussen veen- en polderlandschap en het grootschalige bedrijventerrein. De ecologische zone langs de Noorder-IJ en Oude Zeedijk vormt het landschappelijk kader.
De orthogonale kavelstructuur van de oorspronkelijke Westzaner Polder is als een helder principe toegepast om het programma van DV&O op te organiseren en het landschap doormiddel van hoven naar binnen te halen. De nieuwe verkaveling doorsnijdt het programma en ordent het gebouw en het terrein in overzichtelijke ritmische functionele eenheden. De lange lijn van de kavel wordt door de dwarsrichting opgedeeld in compartimenten. De functionele inrichting van DV&O verweeft zich met de landschappelijke verkavelingskorrel. De massa’s van gebouwde en groene structuur zijn uitgelijnd en in evenwicht met elkaar. Robuust, herkenbaar en hiërarchisch van opzet. De lengterichting van de kavel wordt benadrukt door de toe gepaste lange lijnen van het groene hekwerk, ecologische haag en bomenrij van diverse soorten aan de zuidzijde en een lange lijn van het voetpad aan de noordzijde met daarbij clusters van wilg, els en berk als overgang naar de natuurvriendelijke oever.
De indeling van het terrein is functioneel en doelmatig. Het heeft door de indeling een prettige schaal en met de toegepaste inheemse beplanting voegt het zich goed in de bestaande situatie. Er is een heldere zonering van de logistieke functies, logische routing voor materieel, auto’s en voetgangers, en een duidelijke symmetrische positionering van opstallen. Afvoer van hemelwater van het gebouw en het terrein gebeurt bovengronds. Bij matige neerslag zal het water langs de verharding infiltreren. Bij een hoge neerslagintensiteit stroomt het hemelwater via molgoten af richting de greppels die het water bufferen en afvoeren richting de retentievijver. Bomen werpen schaduw op het parkeerterrein en voorkomen hittestress, door het grote areaal groen is er veel verdamping.
Het beveiligingshekwerk reageert op de omgeving en het gebouw. De lamellenstructuur van het gebouw herhaalt zich in het hekwerk en voorkomt inkijk vanaf een schuine hoek. Met een slim spel van peilhoogten is het hekwerk vanaf het voetpad gerekend ongeveer 200 cm hoog, vanaf de buitenzijde de geëiste 240 cm. Gebiedseigen klimplanten kamperfoelie en bosrank klimmen in de tussenliggende panelen aan de waterzijde, terwijl aan de Smeetzijde door middel van hedera in zomer en winter het hekwerk veel dichter wordt en er sterk verminderd zicht is op het parkeerterrein. De verkaveling van het landschap brengt veel brakveen natuur op het terrein. De structuur, geaccentueerd door bomen en greppels, bieden vestigingsplaats en foerageerruimte voor gebiedseigen planten en dieren. De groene ruimtelijke kadering wordt aangegrepen om de biodiversiteit van de omgeving maximaal te op de kavel te integreren.
De natuurvriendelijke noordoever biedt ruimte voor diverse flora en fauna om zich te vestigen, te schuilen en te foerageren. Via de hoven kan de natuur zich in ruime mate ontwikkelen. De boomstructuur met inheemse en gebiedseigen soorten is aantrekkelijk voor vele vogelsoorten, insecten en geleedpotigen, de groene zones met vaste planten, kruiden, riet- en oeverplanten is een ideale verblijfsplaats voor uiteenlopende flora en fauna, zoals de waterspitsmuis en heemst.